In 1870 werd de treinlijn aan de oostzijde van de stad aangelegd, de Oosterspoorweg. Het vervoer van passagiers stopte al in 1938. Het Maliebaanstation is nu het Spoorwegmuseum. Een heel ander verhaal is Van Gend & Loos in een hulpcentrale stadsverwarming.
De Hollandse IJzeren Spoorweg Maatschappij is na haar initiatief met de eerste spoorlijnen in Nederland in 1839 bij de pakken gaan neerzitten. De oversteek over de grotere rivieren werkte remmend. De door de overheid geïnitieerde Staats Spoorwegen ging eind jaren 1860 vele lijnen aanleggen, ook over de rivieren de IJssel, de Rijn en de Waal. Daardoor leek het of in 1868 de HIJSM ontwaakte, die later in de tijd de Hollandse Spoorweg Maatschappij HSM werd genoemd. Uit de kast kwam een plan voor de aanleg van een lijn van Amsterdam naar Hilversum, met aftakkingen naar zowel Amersfoort als Utrecht. Vanuit Amersfoort kon de lijn doorgetrokken worden naar Duitsland.
Een aansluiting van het spoor aan de westzijde van de stad Utrecht op het al bestaande spoor bleek niet praktisch, al was daar wel al de locatie van het huidig Centraal Station. Het spoor moet oostelijker aangelegd worden. Grote obstakels bij de aanleg van de spoorlijn waren de Stelling van Amsterdam en de fortenlinie rond Utrecht. Met aangepaste wetgeving voor de verdediging van ons land kwam er een doorbraak in de besluitvorming en de goedkeuring voor de aanleg. De Oosterspoorweg kreeg een nieuwe station aan de oostzijde van Utrecht: een station bij de Biltstraat en het Maliebaanstation.
Op 29 mei 1874 schreef kruidenierster Betje Boerhave uit de stad Utrecht in haar dagboek: “Er worden proefritten gemaakt langs de nieuwe spoorlijn naar Hilversum vanaf het pas nieuw gebouwde station achter de Maliesingel bij de Maliebrug. Het is nog kosteloos. Er zaten veel studenten in de trein die voetzoekers op de rails hadden gelegd en juichten bij elke knal en uit de coupéramen hingen hoewel dat streng verboden is.”
De Oosterspoorweg en het Maliebaanstation werd in de stad Utrecht geen succes. Alhoewel de tramlijn door Utrecht een aansluiting kreeg op het station, stapten de meeste passagiers uit bij het station aan de Biltstraat. Daar vervolgden ze hun weg richting De Bilt en Zeist. Toen de tramlijn naar Zeist doorgetrokken werd, bleef het station eenzaam achter. In 1938 verviel haar functie. Met spoorbogen bij Blauwkapel kregen de treinen een aansluiting op het westelijk tracé, dat in die tijd werd voorzien van ongelijkvloerse kruisingen.
Het station heeft in 1954 haar huidige functie gekregen: het werd het spoorwegmuseum. Het gebouw heeft in 2005 een omvangrijke restauratie afgesloten. Het heeft toen zelfs een Koninklijke wachtkamer gekregen, al is deze origineel afkomstig uit het gesloopte Den Haag Staatsspoor. Maar zo is er veel meer te zien wat niet bij het originele station hoorde. Naast de museale objecten, een watertoren, kolenbunker, stationschef woning en perron overkappingen is een ensemble van gebouwde spoorweg geschiedenis ontstaan.
Een deel van het terrein werd in 1948 vrijgemaakt voor de eerste hulpwarmtecentrale van Utrecht voor de oostelijk wijken. De PEGUS bediende daarmee het groeiende stadsverwarmingsnet van Utrecht op de piekmomenten. Toen de hulpwarmtecentrale overbodig werd, ging het museum de ruimte als depot en werkplaats gebruiken. De borden van depot Van Gend & Loos doen anders vermoeden, die zijn een mooi eerbetoon aan het voormalige pakketvervoerbedrijf van de NS. Daaraan heeft Utrecht overigens ook nog een herstelgarage over gehouden.
Het Oosterspoor is tot 2012 aan de zuidzijde van de stad verbonden gebleven met het spoor naar Arnhem en spoor naar het Centraal Station van Utrecht. Door verdubbeling van het spoor tussen Utrecht en Houten en de aanleg van de tramlijn naar de Uithof zijn deze aansluitingen vervallen. Het Maliebaanstation ligt nu aan een doodlopend spoor uit de richting Hilversum en het centraal station vanuit het noorden. Het station is een Rijksmonument.
In het museum is er aandacht voor roerend goed, niet alleen treinen, ook voor de vervoermiddelen van Van Gend & Loos. Spoorgebonden historisch onroerend goed dat moest wijken op locaties in Nederland heeft een plaats bij het Spoorwegmuseum gekregen. Er staan bijvoorbeeld een stationschefwoning, een watertoren met kolenbunker en een seinhuis:
Datering | 1874 resp. 1948 |
Adres | Maliebaanstation 16, 3581 XW Utrecht |
Soort | omgeving met gebouwen van cultuurhistorische waarde |
Trefwoord | aan spoor verbonden bebouwing |