USINE heeft met Bond Heemschut en Oud-Utrecht het college van Utrecht in 2012 verzocht om meer vaart te maken met het erkennen van industrieel erfgoed in de stad. Door monumenten de beschermde status te onthouden lopen ze het gevaar om te verdwijnen, zoals onlangs met een schoorsteen is gebeurt.
In 2009 is in opdracht van het college een inventarisatie tot stand gekomen van het nog aanwezige industrieel erfgoed in de stad. De omvang ervan bedroeg ruim 500 objecten, waarvan vervolgens enkele tientallen zijn voorgedragen voor plaatsing op de gemeentelijke monumentenlijst. Na deze veelbelovende start is er echter weinig meer gebeurd. De voordracht voor de gemeentelijke monumentenlijst is nog steeds niet goedgekeurd door het college en de raad, waardoor de al dan niet beschermde status van vaak kwetsbare objecten onduidelijk is.
Waartoe dit kan leiden, is in december 2011 gebleken. Een uit 1939 daterende schoorsteen is vanwege gevaar door bouwvalligheid door de eigenaar gesloopt. Het was nota bene een controlerend instantie die hem daartoe had gemaand. De schoorsteen stond op het zogeheten Ontspanningsgebouw van Werkspoor. Terwijl alle nog resterende oudere fabrieksschoorstenen op de voordracht staan om gemeentelijk monument te worden, kon niemand ingrijpen. Het was het zelfs niet mogelijk om de bijzonder gebakken radiaalstenen van de schoorsteen op te slaan. Ze zijn per container bij het bouwafval terecht gekomen. Eventueel herstel zal dan ook duurder uitvallen.
De schoorsteen behoorde tot de slechts kleine groep van ongeveer 30 locaties in de provincie Utrecht met overgebleven gemetselde schoorstenen uit het industriële tijdperk. Al die schoorstenen kennen een eigen vormgeving met veelal speciaal gevormde stenen. We moeten zuinig zijn op de overgebleven schoorstenen. In Leidsche Rijn staan een vijftal schoorstenen waarvan enkelen zijn herplaatst na de sloop van kassen en allen geheel gerestaureerd. In Veenendaal is de schoorsteen van wolfabriek Hollandia herbouwd, iets wat ook met de schoorsteen van Neerlandia-Prozee te Utrecht staat te gebeuren.
Het erkennen van industrieel erfgoed als monument is zeker voor de laatste schoorstenen van de provincie noodzakelijk. Met deze erkenning maken deze nu nutteloze bouwwerken meer kans op een blijvende zichtbare aanwezigheid van het industriële tijdperk.