Landgoed Vollenhoven heeft al vroeg in het industriële tijdperk aan vernieuwingen gedaan. Daarvan getuigen de goed onderhouden tuinkassen, kweekbakken, stookhokken en ijskelder uit 1800 tot 1830. Het behoort daarmee tot de bijzondere vormen van industrieel erfgoed.
Warner Jenkinson in Amersfoort krijgt een nieuwe toekomst
Een schoorsteen voor Edelsmederij Brom in de Keizerstraat
Stadsverwarming: de hulpwarmtecentrales van Utrecht

Stadsverwarming: al in 1923 vond Utrecht een nuttige bestemming voor het koelwater van de elektriciteitscentrale. Het hete water gaat door geïsoleerde buizen naar gebouwen en huizen. Daar voedt het de warmtewisselaars voor de CV en de warmwatervoorziening. Ook de nieuwste wijken van Utrecht zijn er van voorzien. Naast de elektriciteitscentrales zijn de hulpwarmtecentrales daarvan zichtbare bakens.
Hollandia Wol- en Kousenfabrieken te Veenendaal

Veenendaal veranderde na 1870 in een centrum van de wolindustrie. In 1930 werkten in Veenendaal 2.000 mensen in de textielindustrie, in 1950 ging het al om 3.000 mensen. Na 1970 verdween deze werkgelegenheid naar lagelonenlanden. Van de Hollandia fabriek zijn slechts enkele gebouwdelen bewaard gebleven.
De zilverfabrieken van Zeist: Gerritsen Gero en Sola
Ossenwaard te Vianen, een steenfabriek en eiland
De schoorsteen van Aurora: industriële wasserij

De industriële wasserij kende in de tweede helft van de 19de eeuw een sterke groei, ook in Utrecht. Dat paste helemaal in het tijdsbeeld van industrialisatie, toenemende hygiëne en groeiende welvaart. Dankzij de trein kon Defensie in Woerden de was centraal gaan doen, terwijl horeca en rijkere families de was lokaal uitbesteedden. Maar wat is daar nu nog van over?